Preek zondag 27 februari 2022

Preek zondag 27 februari 2022
Schriftlezing: Exodus 24 en Mattheüs 17:1-13

Gemeente van onze Heere Jezus Christus,

Er staan veel bijzondere verhalen in de Bijbel,
maar er zijn verhalen die zo bijzonder zijn
dat je er stil van wordt,
zo bijzonder is het wat er wordt verteld,
omdat je een inkijkje in de hemel krijgt.

Er wordt over een ontmoeting met God verteld op aarde,
maar dan zo dicht bij de hemel
dat je haast het idee hebt dat je in de hemel bent.

Dit is heilige grond.

Je zou willen dat je dit mocht meemaken,
dat je hier bij was, net als die drie leerlingen
en dat je er niet alleen over hoort en over leest,
maar dat het je eigen ervaring zou zijn,
dat je Jezus zo in alle heerlijkheid mocht zien.

Voor de 3 discipelen moet het een bijzondere ervaring geweest zijn.


Ze wisten al dat hun meester bijzonder was
en dat Hij hier niet zomaar op aarde was.

U bent de Messias, had Petrus nog niet zo lang geleden gezegd.
Ze hadden al veel bijzondere dingen

 met hun meester meegemaakt.
Maar dat bleek nog niet alles te zijn

en hier op de berg wordt wat nog verborgen was
in dat ene moment helemaal zichtbaar:

Jezus in de stralende heerlijkheid die God in de hemel heeft.
In alle momenten die ze met Jezus hadden meegemaakt
was deze heerlijkheid op een beperkte manier zichtbaar geworden,

dan in de bijzondere daden die Jezus had verricht,
in de woorden die Jezus had gezegd.

Het was een overtuiging die was gegroeid,
door alles wat ze zagen.
Mocht er nog enige twijfel zijn,
dan is die laatste twijfel vast weggenomen op die berg,
toen ze zagen hoe Jezus werd veranderd en Zijn hemelse gestalte kreeg.
Ik kan me goed voorstellen dat Petrus deze ervaring wil vasthouden
en ook voor anderen toegankelijk willen maken,
want dat is wat hij wil met dat voorstel
om hier een hut te bouwen.

Dit is een ervaring die gedeeld moet worden,
die ze niet voor zichzelf mogen houden.
Dit moet een plek worden waar Jezus aanbeden kan worden.

Misschien is dit ook wel een plek
waar Jezus kan beginnen aan Zijn koningschap.
Petrus voelt aan dat dit een bijzonder moment is
en hij mengt zich dan ook in het gesprek dat Jezus
met Mozes en Elia heeft.



We zitten nu zelf midden in de gebeurtenis
en hebben ons net als Petrus laten meespelen
door het bijzondere van het gebeuren, dat heilige,
dat hemelse dat hier over de aarde valt
en de hemelse glans die van Jezus afstraalt.

Mattheüs die ons deze bijzondere gebeurtenis doorgeeft,
wil niet dat we gelijk naar die bijzondere gebeurtenis gaan,
dat we ons niet net als Petrus laten meeslepen
door de hemelse glans die over Jezus valt,
niet gelijk door moeten gaan naar de goddelijke glans
die van Jezus straalt,

Zijn gezicht die zo helder en zo fel is als de zon,
die de wereld verlicht,
Jezus die hier zichtbaar wordt als goddelijk licht
op aarde, daar boven op die berg.
Mattheüs zegt ons dat we niet gelijk moeten doorgaa
n naar dat bijzondere moment,

maar dat we eerst bij iets anders moeten stil staan.
Aan deze gebeurtenis gaan zes dagen vooraf.
Zes dagen – dat is net wat minder dan
wanneer je in quarantaine moet
als je een positieve test hebt.

Wellicht heb je daar pas mee te maken gehad,
of zit je nu thuis omdat er de afgelopen dagen
de zelftest aangaf dat je positief bent.

Die zes dagen zijn ook een soort quarantaine in de tijd van de Bijbel.
Zes dagen moet Mozes wachten, terwijl de wolk de berg bedekt heeft
en na zes dagen wordt Mozes geroepen om in de wolk te komen en dan bij God te zijn.
Zes dagen wachten, totdat Mozes iets hoort van God.
Mozes is dan alleen.

De drie anderen, Jozua, Aäron en Hur zijn al lager op de berg achtergebleven.
Alleen, in een soort quarantaine,
in afwachting tot hij God kan ontmoeten.

Waar die zes dagen voor nodig zijn,
wordt daar niet verteld.
Een tijd wellicht om zich helemaal leeg te maken,
om zich te reinigen van het aardse en het zondige,
zodat dat geen belemmering meer is
om de heilige God te ontmoeten,
om in Gods aanwezigheid te komen.

Ook weer zo’n bijzondere gebeurtenis
waarbij we op heilige grond komen
en een inkijkje in de hemel krijgen,
als Mozes God mag ontmoeten,
al is die ontmoeting wel verborgen in een wolk.

Die wolk laat merken: hier is de hemelse Heer aanwezig op de berg.
Hier mag Mozes de heilige God ontmoeten.
Die wolk neemt voor ons het zicht wel weg.
Mozes mag God ontmoeten, maar voor ons wordt God verborgen

en horen we van die ontmoeting niet meer
dan dat Mozes 40 dagen bij God is.
Zes dagen wachten –
voor Mozes zes dagen wachten tot God hem verder roept.
Hij was wel in nabijheid van de wolk
die Gods aanwezigheid aangaf,

maar moest die zes dagen nog wachten buiten die wolk.
Op de zevende dag
– de week is dan bijna voorbij,
de laatste dag van die week wachten
Op de zevende dag gaat Mozes God tegemoet.

Zes dagen zijn er voorbij als Jezus
deze drie leerlingen meeneemt de berg op.
Zo vaak geeft Mattheüs niet zulke specifieke aanwijzingen
voor het verstrijken van de tijd.
Bijna al die aanwijzingen hebben betrekking o
p de weg van het lijden die Jezus gaat,
de weg naar Golgotha.

Er zijn daarom exegeten die aangeven
dat bij deze zes dagen de reis naar Jeruzalem begint.
Het werk in Galilea zou dan klaar zijn
en Jezus richt zich naar Jeruzalem
om daar Zijn allerbelangrijkste taak te verrichten,
de reden waarom Hij hier op aarde kwam:
om in Jeruzalem aan het kruis te sterven.

Het zijn vooral zes dagen
waarin een bijzondere boodschap is blijven hangen
in de hoofden en de harten van de discipelen.
Zes dagen hebben ze er over kunnen nadenken:
over de vraag die Jezus stelde:
Wat zeggen de mensen nou over Mij?
Wie ben ik volgens hen?

De discipelen hadden heel wat opgevangen:
Elia, Johannes de Doper, een van de profeten.
En wat zeggen jullie nu zelf over Mij?
Petrus had toen geantwoord:
U bent de messias,
de Zoon van de levende God.

Jezus had Petrus daarmee gecomplimenteerd:
Dat heb je niet van jezelf, Petrus,
dat is kennis die je van God hebt ontvangen.
Dat hadden ze in hun oren geknoopt.
Het was dus toch waar wat ze dachten.
Maar dat andere onderdeel van het onderwijs van Jezus
hadden ze maar niet gehoord.

Dat hadden ze wel aangehoord,
maar daarna weggestopt.
Wat Jezus zei over Zijn lijden.
De weg die Hij zou gaan,
zou uiteindelijk Zijn dood betekenen.
Ze moesten Hem wel op die weg volgen
en zelf ook hun kruis dragen.

Uit de rest van het evangelie krijgen
we de indruk dat die kant van het verhaal
steeds werd weggestopt en dat alle aankondigen
niet tot hen wilden doordringen.
Jezus is toch de Messias.
Het laatste wat Jezus zei was dat de Zoon des mensen zou komen,
met de stralende heerlijkheid van de Vader.
Een paar van Zijn leerlingen zouden die heerlijkheid bij Jezus zien.
Dat zou nog gebeuren voordat zij zouden overlijden.
Dan zouden ze Jezus in Zijn hemelse heerlijkheid zien
en zien hoe Hij tot koning zal worden gekroond.

Zes dagen hebben ze de tijd gehad
om over de woorden van Jezus na te denken:

dat Jezus aangegeven had
dat Hij inderdaad de messias was,
dat Hij erbij gezegd had dat Hij moest lijden,
hadden ze minder opgeslagen.

Zes dagen waren er verstreken
– net zoveel dagen als Mozes moest wachten op de berg.
Dat zijn bij Mattheüs geen toevalligheden.

Steeds zegt Mattheüs:
Ga bij al die verhalen over Jezus op zoek
naar overeenkomsten in het Oude Testament.
Lees de verhalen van Mozes en David,
de profeten, de koningen.

Soms zijn het kleine hints waarbij je
echt een doorgewinterde bijbellezer moet zijn
om die allemaal op te pakken.

Als Mattheüs deze bijzondere gebeurtenis vertelt
wil hij dat wij ons Exodus 24 herinneren,
waarin verteld wordt hoe Mozes op de berg was e
n God mocht ontmoeten.

Nu is Mozes weer op de berg om God te ontmoeten,
maar dan in de gedaante van Jezus.
Meer dan Mozes is Jezus.
En niet alleen Mozes komt,
maar ook Elia komt.
Samen zijn ze de voorgeschiedenis van Jezus.

Ze vertegenwoordigen de tijd er reeds geweest is,
niet dat die tijd voorbij is
en niet meer serieus genomen hoeft te worden,

maar heel die tijd van Mozes en Elia keek uit naar dit moment,
Dat de beloofde Messias op aarde zou komen,
dat Gods heerlijkheid weer op aarde terug zou zijn,

dat de Mensenzoon uit de hemel zou neerdalen
om op aarde te zijn.
Voordat Mozes en Elia Jezus ontmoeten,
op audiëntie komen bij deze Koning van Israël,
verandert Jezus eerst,
om Zijn hemelse kant te laten zien.

Twee kanten heeft Jezus:
een menselijke kant en een goddelijke kant.
Een goddelijke natuur en een menselijke natuur,
om het met klassieke termen te zeggen.
De Zoon des mensen met koninklijke heerschappij.
Dit is Jezus.

Als Mozes en Elia komen daar op die berg zijn ze geen gelijken.
Maar komen ze als vertegenwoordigers
van het verleden om God te ontmoeten.
Toen mochten ze God ontmoeten
en nu weer, in de gestalte van Jezus.

Het zal een gesprek in dankbaarheid zijn geweest,
met eerbied.
Mogelijk hebben ze hun diensten aan Hem aangeboden.
Of hebben ze Hem, net zoals de wijzen
in het begin van het evangelie deden, aanbeden.

OF hebben ze met Jezus gesproken
over de lijdensweg die Jezus moest gaan
en hebben ze Hem moet ingesproken en gezegd
dat hun redding, hun plaats in de hemel van Hem afhangt.
Er zullen gewichtige dingen besproken zijn.

Dan is daar opeens de stem van Petrus, die tussenbeide komt.
Petrus let niet op het gesprek, maar kijkt naar de buitenkant.
Petrus hoort niet het bijzondere,
maar ziet het bijzondere.
Heer, het is goed dat U ons meegenomen had.

We vroegen ons al af waarom we mee moesten,
wat ons te wachten zou staan,
maar nu begrijpen we
waarom U ons meenam naar omhoog.
Dit wilde U ons laten zien.

U had vast een taak voor ons in gedachten,
waarbij we U kunnen assisteren.
U moet het wel willen, maar nu we hier toch zijn,
kunnen we een tent bouwen.

Kunnen we dit gebeuren vasthouden,
Kunnen we er voor zorgen dat degenen die beneden zijn
ook dit verschijnsel kunnen zien, kunnen zien wie U echt bent.
Dit is een belangrijk moment in Uw weg.
Dit mogen we niet zomaar voorbij laten gaan.

Dit is heilige grond
, omdat Elia en Mozes hier zijn.
Dat is mooi nieuws, want met hen aan onze zijde
kunnen we het anderen laten weten
dat U ook echt de messias bent, diegenen die nog niet in U geloven.

Petrus kijkt.
Enkele keren klinkt het ook: En zie!
Petrus kijkt toch,
zou je zeggen.
Maar Petrus ziet niet het geheel.
Petrus ziet alleen enkele details.
Om het geheel te kunnen zien,
moet hij luisteren naar de stem van Jezus.

Het is God zelf die het zegt:
Dit is mijn geliefde Zoon.
Ik vind vreugde in Hem.
Hij gaat Mijn weg.

Wat God niet zegt, maar wel gaat gebeuren,
is dat er een moment aanbreekt
dat de leerlingen die vreugde niet meer in Jezus vinden,
dat ze Hem in de steek zullen laten,
bij Hem vandaan zullen gaan,
Jezus zullen verloochenen
en zullen zeggen dat ze Hem niet kennen.

Als je nu naar Mijn Zoon luistert,
zal je dat bespaard blijven.
Luister naar Hem om het geheel te zien.
Wat is dan het geheel.

Jezus in hemelse heerlijkheid,
bekleed met goddelijke glans,
Mozes en Elia die instemmen met de weg die Jezus gaat
En Hem willen ondersteunen op Zijn weg.
Wat mist Petrus dan nog?

Petrus mist het perspectief,
het verband van deze berg en een andere berg.
Misschien niet zo hoog als deze berg,
die bijna zo hoog is als de Sinaï.
Maar die berg moet hij er wel bij nemen
om te begrijpen wat hier gebeurt.
Een berg bij Jeruzalem, waar Jezus’ koningschap duidelijk zal worden.
Als ze dat moment hebben gezien,
kunnen ze ook sterven.
Dat is niet de olijfberg die net buiten Jeruzalem is,
de berg waar Jezus zich na Zijn opstanding laat zien.
Het is de berg die dichterbij Jeruzalem staat,
net buiten de stad.
De berg waar een kruis op zal staan
en waar Jezus aan zal hangen.

Op het kruis zal een bordje hangen:
Dit is Jezus, de koning der Joden.
Daar wordt zichtbaar dat Jezus de koning van Israël is.
Daar aan het kruis wordt duidelijk
wat voor een koning Jezus is.
Die Zijn heerlijkheid wilde afleggen,
om ons Zijn heerlijkheid te geven.
Jezus wordt bespot.

Daar is niet het ontzag die Jezus hier op de berg ten deel valt.
De mensen spotten: Elia moet komen
om hem te redden,
laten we eens wachten tot Elia komt,
maar ze weten niet dat Elia al geweest is,
daar op die berg
en dat er een nieuwe Elia geweest is
die bij de Jordaan het volk opriep tot bekering.
Bij het kruis is er iemand die het wel doorheeft:
die Romeinse officier.

Dit is nu Gods Zoon.
Hier aan het kruis is niet een gewoon mens,
Dit is de Zoon waarvan God zegt:

Dit is mijn geliefde Zoon.
In Hem heb ik welbehagen.

Petrus, je kunt dit moment
op die berg wel vast willen houden,
dan zal er geen kruis zijn.

Je kunt dit wel het startpunt laten zijn van het koningschap,
maar God dacht aan een andere berg,
Golgotha, waar dat koningschap zal beginnen.

Pas dan zullen jullie begrijpen
wat er hier gebeurd is.

Pas dan zullen jullie begrijpen
hoe Ik het licht in de wereld ben,
hoe Mijn heerlijkheid over de aarde gaat en mensen wint voor Mijn koninkrijk.

Ze zagen Jezus alleen
– daarmee moeten ze het doen.
Daarmee moeten wij het doen.
Dat klinkt mager, maar dat is het niet.
Want Jezus zien, is alles zien.

Jezus ontvangen is alles ontvangen.
Dan misschien nog niet hier op de berg, maar wel na die andere berg,
nadat Jezus op Golgotha geweest is.
Jezus geeft hier een blik vooruit:
Zo zal Ik weer zijn, in hemelse heerlijkheid.
Maar er moet eerst iets anders gebeuren: dat kruis op Golgotha.
Daardoor kunnen jullie ook die heerlijkheid ontvangen.

Hoe groei ik in uw lichte schijn,
hoe bloei ik op daar ik mag zijn
een rank met U verweven.
Aan U
Blijft nu
heel mijn leven
weggegeven,
om te ontvangen
U, mijn liefde, mijn verlangen.
Amen