Preek over Mattheüs 21:5

Preek op 28 november 2010
Schriftlezing: Jesaja 62:10-12, Zacharia 9:9-10, Mattheüs 21:1-11

Zegt der dochter Sions: Zie, uw Koning komt tot u (Mattheüs 21:5)

Gemeente van onze Here Jezus Christus,

(1) Verwachting
Wat er in de kerk gebeurt en wat er in de wereld gebeurt staat vaak haaks op elkaar. Kerk en wereld botsen nogal eens. Neem bijvoorbeeld deze eerste zondag van Advent. Deze zondag staat volgens het kerkelijk jaar in het teken van verwachting.
Ook al staat onze dagelijkse wereld in deze weken in het teken van verwachting, het is toch een andere verwachting. “Vol verwachting klopt ons hart.” De spanning vanwege Sinterklaas kan voor kinderen zo hoog worden opgevoerd, dat zij er soms bijna niet meer van kunnen slapen. Het Sinterklaasjournaal verergert dit nog eens. Dan ben je als ouder blij dat 5 december is geweest. Die spanning rondom Sinterklaas noemen wij in onze dagelijkse wereld verwachting.
Maar wat is dan de andere verwachting? Op het eerste gezicht zijn er toch een aantal raakvlakken? “Hij komt, hij komt.” In beide gevallen zingen we dat. Dan alleen wel op een andere wijs. Dat lijkt toch verdacht veel op elkaar?
Juist die ogenschijnlijke overeenkomst kan ons op het verkeerde been zetten. Er zijn twee belangrijke verschillen: (a) de verwachting in het geloof gaat gepaard met pijn en verlangen, (b) bij de verwachting in het geloof zijn wij niet betrokken bij de voorbereiding.

(2) Pijn en verlangen
Eerst die pijn en dat verlangen. “Hij komt, hij komt,” zingen we, We verwachten dat Christus komt – op de laatste dag van onze geschiedenis. Zijn indrukkende verschijning: de Wederkomst. Tegelijkertijd zeggen we met pijn in ons hart: weer een jaar voor bij. Hij is nog niet gekomen. Als Hij komt, moet dat een geweldige tijd zijn: vrede, de strijdboog teniet gedaan. Als Christus komt, kunnen we toch alleen maar gelukkig zijn? Dat is ons verlangen: om met Christus te leven. We streven er hier al naar, maar als Christus komt zal het volledig zijn, volmaakt. In dat nog niet, daarin klinkt weemoed en verlangen. Was het maar zo ver.

(3) Voorbereiding
In onze wereld wordt er volop voorbereid op 5 december. De etalages worden ingericht. We doen onze inkopen. De tv herinnert ons eraan. Alles wordt in gereedheid gebracht om dat feest te vieren.
Maar de komst van Christus is een verrassing. Net zoals bij de intocht in Jeruzalem. Jezus kwam als een volslagen verrassing. Niemand had op Hem gerekend. De stad had zich opgemaakt voor een feest. De stad was tjokvol pelgrims. Van overal uit de wereld waren ze gekomen om het Pascha (pesach) te vieren. Ze vierden hoe God hen had bevrijd uit Egypte. Vol van het feest. Vol van God. Dat God zelf zou komen (in de persoon van Jezus), daar had niemand rekening mee gehouden. Terwijl het volk zich de grote daden van God herinnert, gedenkt en viert, gaat Jezus de stad binnen. Als daad van God. Er zijn geen cameraploegen bij. Er is geen ontvangstcomité. Zelfs de Romeinen waren niet in staat van paraatheid. Ondanks hun goede inlichtingennetwerk. Ook zij laten zich verrassen door Jezus en pakken Hem pas enige tijd later op.

(4) Verschijning
Jezus verschijnt – onverwachts. Dat is een belangrijk verschil. Ook en troostrijk verschil. Jezus verschijnt – ook in ons leven. Hij wacht niet tot wij eraan toe zijn. Hij komt. Dat is het evangelie. Jezus is de beweging van God naar ons toe. Wellicht zijn dat bekende klanken. Er is wel een belangrijk verschil tussen Gods bewegen en ons bewegen. Wanneer komen wij mensen in beweging? Als er iets bijzonders is te zien. Zoals het volk uitloopt om te zien dat Johannes doopt. Dat moeten ze meemaken. Of als ze het iet vertrouwen. Daarom gaan de Schriftgeleerden naar Johannes de Doper toe: is wat hij doet wel zuivere koffie?
Wat is het bijzondere aan het komen van Jezus? Er zijn belemmeringen om tot Jezus te komen:
* Als je perfectionistisch bent, wil je het goed doen voor de Here. Maar je slaagt er niet in, dus ga je maar niet naar Hem toe.
* Als je je schaamt voor wie je bent. Je hebt het weer laten afweten. Wil de Here mij nog wel aannemen? Wordt Hij er niet moe van om mij steeds weer te vergeven en te zien gaan?
* Als je beschadigd bent geraakt, onderweg in het leven van alles hebt meegemaakt, heb je uit jezelf geen kracht om tot Hem te gaan.
* Of door ongeloof.

Bij de Sinertklaasoptocht wordt van tevoren een route gepland. Wie me kan mooi. Wie iet meekan: Pech gehad. Er wordt niet gewacht.
Het evangelie zegt dat wij als mensen vanuit onszelf niet naar God toe willen en kunnen gaan. Een tijdje geleden was ik in een dienst waarin alleen maar opwekkingsliederen werden gezongen: “Heer, ik kom tot U”, “Ik kom in uw heiligdom binnen”. Heer, ik kom. Heer, ik wil. Tijdens die dienst voelde ik een moeheid in mij boven komen. Tijdens het zingen dacht ik: “Dit klopt niet. Ik wil helemaal niet komen. Here, U moet komen! Haal mij op!” Dát komt Jezus doen. Niet: als je niet kunt, pech gehad. Nee, als je niet kunt, dan ben Ik er. Ik kom je halen en dragen. Dat vieren wij met Kerst: dat God naar ons toe kwam omdat wij niet naar Hem toe konden en wilden gaan.
Weet u hoe bevrijdend het is dat wij niet eerst ons leven op orde hoeven te brengen voor Hij komt? Here, kom mijn leven op orde brengen. U kunt mijn traagheid, mijn onvermogen en mijn ongeloof doorbreken.

(5) Profetenwoord
“Zie, uw Koning komt”. Dat is een profetenwoord. Mattheüs citeert dat niet om uit te leggen wat er gebeurt. Zo van: dit is de betekenis van wat hier gebeurt. Nee, een profetische boodschap om ons wakker te roepen. De belemmeringen waardoor wij niet naar God toe kunnen gaan, werken verlammend: verdriet, zorg, verlangen om goed voor God te presteren. Soms kunnen we helemaal gevangen raken in bepaalde gedachtenpatronen. “Mijn familie heeft mij de laatste tijd niet meer gebeld, dus ze zullen niet in mij geïnteresseerd zijn.” Of het is een somber gevoel dat je besluipt en overmeestert.
Dan klinkt de bevrijdende stem van de profeet: “Zie, uw Koning komt.” De boeien die wij niet kunnen doorbreken, komt Hij doorbreken. Hij komt naar ons toe. Om onze nacht te verdrijven. Jeruzalem, uw koning komt. Jeruzalem is bij de profeet Zacharia de vermoeide stad, omdat zij haar Here was kwijtgeraakt door eigen schuld en nu ging zij gebukt onder zorgen. Zie, uw Koning komt. Een radicale verandering. Maar niet de mensen veranderen. Er is verandering omdat de Koning komt. Hij is er weer! En dat verandert ons. Zoals het avondmaalsformulier het zo mooi zegt: Hij maakt ons waardig. Hij maakt ons tot een heilig volk. Hij maakt ons tot verlosten van de Here. Hij maakt ons tot door God begeerde. Gods heerlijkheid valt over ons leven doordat de Koning komt.
Uw Koning komt. Zie! De oproep om de ogen open te doen, omdat wij het nauwelijks kunnen geloven. Voor mij? Moet ik niet eerst… ? Wie ben ik, dat …? Hij komt! Hij is er weer en schenkt ons Zijn heerlijkheid.

(6) Terug naar het begin
Dat is het verschil in verwachting. In onze wereld gaat het om wat we zelf kunnen. Om prestatie. De kerstgratificatie, de dertiende maand die wij zelf hebben verdiend, waar we recht op hebben.
Geloven is geen prestatie, maar het verwachten van hulp en redding omdat wij het zelf niet redden. Verwachting in geloof, omdat het ons te benauwd is, bang te moede. Zonder God zal het duister om ons worden. Staan we er alleen voor. Ook met alles wat wij fout deden. De pijn die wij anderen aandeden. Verwachting in het geloof is hopen en roepen tot God, omdat wij anders te gronde zouden gaan en alleen God ons kan redden. Zoals Psalm 25  de psalm van deze zondag verwoordt: Op U vertrouw ik, laat mij niet beschaamd worden. Zie uw koning komt.
Amen

ds. M.J. Schuurman

Plaats een reactie